BelastingenAdviserenOpleiden

Jurisprudentie Rioolheffing. Overschrijding opbrengstlimiet.

Jurisprudentie11 oktober 2019De verordening rioolheffing wordt onverbindend verklaard omdat de lasten in betekenende mate uitgaan boven de geraamde lasten. Naar het oordeel van het Hof heeft de heffingsambtenaar niet aannemelijk gemaakt dat de toevoeging aan de egalisatiereserve kan worden aangemerkt als een last ter zake van de riolering, zodat daarmee geen rekening mag worden gehouden. De Hoge Raad is het daar mee eens.

Aan belanghebbende, een woningcorporatie, zijn door de heffingsambtenaar van de gemeente Menterwolde (hierna: de gemeente) aanslagen in de rioolheffing opgelegd van € 361.307 voor het jaar 2013 en € 373.174 voor het jaar 2014. In de begroting van de gemeente voor het jaar 2013 zijn de baten van de rioolheffing geraamd op € 1.428.910 en de lasten op € 1.429.911. Tot de begrote lasten is onder meer gerekend een post ‘Mutatie egalisatiereserve’ van € 155.560. In de begroting van de gemeente voor het jaar 2014 zijn de baten van de rioolheffing geraamd op € 1.455.680 en de lasten ook op € 1.455.680. Tot de begrote lasten is onder meer gerekend een post ‘Mutatie egalisatiereserve’ van € 306.110.

Voor het Hof was onder meer in geschil of in de ramingen van de gemeente de post ‘Mutatie egalisatiereserve’ terecht als last ter zake van de riolering in aanmerking is genomen. Naar het oordeel van het Hof heeft belanghebbende voldoende gemotiveerd betwist dat ten aanzien van de post ‘Mutatie egalisatiereserve’ sprake is van een last ter zake van de riolering. Daarom ligt het naar het oordeel van het Hof op de weg van de heffingsambtenaar om daarover informatie te verschaffen.
 
Naar het oordeel van het Hof heeft de heffingsambtenaar niet aannemelijk gemaakt dat de toevoeging aan de egalisatiereserve kan worden aangemerkt als een last ter zake van de riolering, zodat daarmee geen rekening mag worden gehouden. De door de heffingsambtenaar in hoger beroep overgelegde stukken maken slechts duidelijk dat de post ‘Mutatie egalisatiereserve’ een sluitpost is, te weten het verschil tussen de geraamde baten en de geraamde lasten. Er is geen aansluiting te vinden met voorgenomen vervangingsinvesteringen en/of onderhoudskosten, aldus het Hof. 
 
Het Hof heeft geconcludeerd dat de post ‘Mutatie egalisatiereserve’ niet in aanmerking genomen mag worden als last ter zake van de riolering en dat dan de geraamde baten de geraamde lasten met meer dan 10 procent overschrijden, zodat de Verordeningen rioolheffing van de gemeente voor beide jaren onverbindend zijn.
 
De Hoge Raad oordeelt als volgt. 
In artikel 228a, lid 1, van de Gemeentewet is bepaald dat rioolheffing kan worden geheven ter bestrijding van de in dat artikellid vermelde kosten. Het Hof heeft daarom terecht bij de beoordeling of
de toevoeging aan de egalisatievoorzienig een last is ter zake van de riolering beslissend geacht of die voorziening is gevormd voor kosten als bedoeld in dit artikellid. Dit leidt ertoe dat het beroep in cassatie gegrond is en de verordening 2014 onverbindend is. Voor 2013 volgt een verwijzing omdat de omvang van mogelijk extra toe te rekenen BTW-lasten niet kan worden bepaald.
 
Volledige uitspraak: ECLI:NL:HR:2019:1424
 

Nico Nijveld

Nico is verantwoordelijk voor Advies en het Kenniscentrum. Zijn kennis en ervaring heeft hij opgedaan door advies en interim opdrachten bij lokale overheden op het gebied van heffing en invordering van lokale belastingen. Opdrachten zoals het leidinggeven aan professionals, procesanalyses, organisatieadviezen en het implementeren van verbeteringen.

06 29 60 59 0806 29 60 59 08

Heeft dit artikel uw interesse gewekt en wilt u meer informatie of advies van een van onze medewerkers?

Neem direct contact op

Deze website maakt gebruik van cookies

De noodzakelijke cookies zijn nodig voor het functioneren van de website. De statistiek-cookies verzamelen geen persoonsgegevens en helpen ons de site te verbeteren. Overige cookies zorgen voor een optimaal werkende website inclusief embedded content. Bekijk het cookiebeleid.